From 1 - 10 / 52
  • Categories    

    In 2015 heeft de erfgoedlijn GO aan Tauw opdracht gegeven om van de relicten, herdenkingstekens, geschenkwoningen en andere objecten et cetera een GIS kaart te maken ‘Sporen van de watersnoodramp’. Deze kaart is ontsloten - en in te zien door het publiek – op de website erfgoedlijnen van Erfgoedhuis: https://www.geschiedenisvanzuidholland.nl/verhalen/sporen-van-de-watersnoodramp Op dezelfde pagina is meer info beschikbaar over de ramp op het eiland.

  • Categories    

    Een jaagpad of trekpad is een (onverhard) pad langs een trekvaart dat werd gebruikt om trekschuiten vooruit te trekken. In de 18e en 19e eeuw werden tussen oude Hollandse steden trekvaarten aangelegd. Naast de trekvaart werd een jaagpad aangelegd. Het voorttrekken van schuiten op deze paden werd jagen genoemd. Gewoonlijk werd gejaagd door een paard met begeleider, maar soms gebeurde het ook met menskracht. De belangrijkste trekvaarten, inclusief ernaast gelegen jaagpaden, in Zuid-Holland zijn: Leiden-Utrecht (anno 1664) Gouda- Amsterdam (anno 1658) Trekvaart Haarlem – Leiden (anno 1657) Vliet (anno 1637/1638) Schie (anno 1636) Delflandse trekvaarten (anno 1645)

  • Categories    

    De kaart heeft uitsluitend betrekking het grondgebied van de provincie Zuid-Holland. In Zuid-Holland wordt op een aantal plaatsen uit kleine velden olie en gas (fossiele brandstoffen) gewonnen. De olie en het gas zijn doorgaans gevormd in dieper gelegen, organisch rijke lagen. Deze organisch rijke lagen zijn soms ook potentiele gebieden voor schaliegas. Schaliegas is een aardgas dat rechtstreeks uit het moedergesteente wordt gewonnen. Om de gasstroom op gang te brengen dient het gesteente gestimuleerd te worden, door bijvoorbeeld “hydraulic fracking”. De potentiele gebieden waar schaliegas kan voorkomen zijn op deze kaart aangegeven.

  • Categories    

    Bodemdaling in Zuid-Holland heeft een zeer sterke samenhang met waterbeheer. Hierdoor is het niet mogelijk om realistische voorspellingen te doen van de bodemdaling over langere perioden. In plaats daarvan is de bodemdalingsgevoeligheid in kaart gebracht. Hiervoor is uitgerekend hoeveel veenoxidatie en klink er theoretisch zou optreden over een periode van 100 jaar, bij een vaste ontwateringsdiepte van 1 m en handhaving van de huidige stijghoogte in het eerste watervoerend pakket. Van de berekeningsuitkomsten zijn vervolgens drie klassen gemaakt: 'niet relevant', 'relevant' en 'speciaal aandachtsgebied'. De klassen weerspiegelen variaties in de opbouw van de ondergrond. Waar vooral zand voorkomt, is bodemdaling niet relevant. In klei- en veengebieden speelt bodemdaling wel een belangrijke rol. Kleigebieden en gebieden met een relatief dunne veenlaag vallen in de klasse 'relevant'. Het 'speciaal aandachtsgebied' omvat de tien procent van het provinciaal landoppervlak met de grootste bodemdalingsgevoeligheid. Het gaat hierbij vooral om gebieden met een dikke veenlaag. Uit de kaart voor bodemdalingsgevoeligheid blijkt dat een groot deel van de veenweidegebieden vanuit het thema bodemdaling om speciale aandacht vraagt bij inrichting en waterbeheer. Dit geldt vooral voor die gebieden waar het veen direct aan maaiveld voorkomt en niet wordt bedekt door klei (o.a. delen van Midden-Delfland, Alblasserwaard, Krimpenerwaard, het gebied tussen Gouda en Boskoop en rond de Nieuwkoopse Plassen). In de droogmakerijen rond Zoetermeer is het veen verdwenen door vervening en is bodemdaling minder relevant. Ook langs de Oude Rijn, op de Zuid-Hollandse eilanden en in een brede zone langs de Noordzeekust, met uitzondering van de laagten tussen de strandwallen, is bodemdaling niet relevant. Hierna worden drie scenario’s getoond van bodemdaling bij een vaste ontwateringsdiepte van 0,5, 1,0, resp. 1,5 m. Uit het scenario met een vaste ontwateringsdiepte van 1,0 m is de bodemdalingsgevoeligheidskaart gedestilleerd. De drie scenario's geven inzicht in de afhankelijkheid van bodemdaling voor het gevoerde waterbeheer. Er is bijvoorbeeld te zien dat bij een ontwateringsdiepte van 1,5 m het gebied met een bodemdaling van meer dan 10 mm/jaar meer dan 2 keer zo groot is als bij een ontwateringsdiepte van 0,5 m. Op het moment dat op een specifiek gebied of vraag wordt ingezoomed moet altijd bekeken of nadere informatie beschikbaar is.

  • Categories    

    Het bestand bestaat uit de ecologische verbindingen die vallen onder het Natuurnetwerk Nederland met de eindstand van december 2018.

  • Categories    

    Het afvaltransportstelsel bevat onder andere de ligging van leidingsegmenten, rioolgemalen en RWZI's (Rioolwaterzuiveringsinstallaties) van het HHvD (Hoogheemraadschap van Delfland).

  • Categories  

    In 2015 heeft de erfgoedlijn GO aan Tauw opdracht gegeven om van de relicten, herdenkingstekens, geschenkwoningen en andere objecten et cetera een GIS kaart te maken ‘Sporen van de watersnoodramp’. Deze kaart is ontsloten - en in te zien door het publiek – op de website erfgoedlijnen van Erfgoedhuis: https://www.geschiedenisvanzuidholland.nl/verhalen/sporen-van-de-watersnoodramp Op dezelfde pagina is meer info beschikbaar over de ramp op het eiland.

  • Categories      

    Basis voor beleidsontwikkeling voor de Erfgoedlijnen in Zuid-Holland. De cultuurhistorische kaart van Zuid-Holland geeft een overzicht van cultuurhistorische kenmerken en waarden in deze provincie. Het is een overzicht op hoofdlijnen en een onderlegger voor het provinciaal erfgoedbeleid.

  • Categories    

    Op deze kaart is zichtbaar waar in de Landgoederenzone nog moestuinen, of onderdelen hiervan (zoals tuin- of fruitmuren en koude bakken) aanwezig zijn. Veel van de moestuinen op de buitenplaatsen worden nog deels omsloten door fruitmuren, waartegen leifruit extra goed groeide als gevolg van de warmte van de zon op de muur. Bijzonder is het grote aantal experimentele fruitmuren in de Landgoederenzone, die veelal zijn gebouwd in de 18de eeuw. Rechte tuinmuren vinden we op veel meer plaatsen en zijn tot veel recenter datum regelmatig aangelegd.

  • Categories    

    In deze kaartlaag vind je de welke percelen welkeeen Agrarisch Natuur- en Landschapsbeheer (ANLB) subsidie hebben gekregen. Per beschikking is bekend welk type leefgebied (bv A11, A12 etc) en welk type beheerpakket (bv 4a, 4b) er is. Een overzicht van de beheerpakketten staat op https://www.bij12.nl/onderwerpen/natuur-en-landschap/subsidiestelsel-natuur-en-landschap/agrarisch-natuurbeheer-anlb/kennisbank/beheerpakketten/beheerpakketten/ Daar zie je bv dat 4 staat voor Legselbeheer en 4a voor Legselbeheer op grasland. Ook vind je er links naar de gerelateerde leefgebieden, bv A11 staat voor Open Grasland. Onderwerpen BIJ12: SNL = Subsidiestelsel Natuur en Landschap, zie https://www.bij12.nl/onderwerpen/natuur-en-landschap/subsidiestelsel-natuur-en-landschap/subsidiestelsel-natuur-en-landschap/ Naast SNL bestaat er ook SKNL = Subsidieregeling Kwaliteitsimpuls Natuur en Landschap. Zie https://www.zuid-holland.nl/online-regelen/subsidies/subsidies/sknl-subsidieregeling-kwaliteitsimpuls-natuur/ ANLb = Agrarisch Natuur- en Landschapsbeheer, Zie https://www.bij12.nl/onderwerpen/natuur-en-landschap/subsidiestelsel-natuur-en-landschap/agrarisch-natuurbeheer-anlb/ IMNa = Informatiemodel Natuur, https://www.bij12.nl/onderwerpen/natuur-en-landschap/natuurgegevens-uniform-uitwisselen-imna/informatiemodel-natuur-imna/